bedragen x € 1.000 | ||||||
6.81 Geëscaleerde zorg18+ | Begroting 2019 primitief | Begroting 2019 na wijziging | Rekening 2019 | Verschil | ||
Financiële lasten per programma | ||||||
61219 | Opvang dak- en thuislozen | 10.102,5 | 10.184,7 | 10.155,5 | 29,1 | V |
61314 | Kwaliteit en uitvoering | 849,7 | 996,9 | 832,9 | 164,0 | V |
61310 | Beschermd wonen GGZ | 53.487,7 | 54.425,7 | 45.087,6 | 9.338,1 | V |
61311 | Aanpak huiselijk geweld | 3.902,9 | 4.144,1 | 3.943,9 | 200,1 | V |
61220 | Verslavingsbeleid | 1.352,3 | 1.364,3 | 1.366,3 | 2,0 | N |
61217 | Bemoeizorg en regie | 3.373,7 | 3.614,4 | 3.659,7 | 45,3 | N |
61312 | PGB beschermd wonen | 8.263,8 | 7.778,0 | 7.839,6 | 61,6 | N |
61309 | Noodopvang uitgeprocedeerden | 304,8 | 406,3 | 426,6 | 20,3 | N |
67044 | 6.81 Geëscaleerde zorg18+ Uitvkv | 763,5 | 1.039,4 | 969,8 | 69,6 | V |
82.401,0 | 83.953,7 | 74.282,0 | 9.671,7 | V | ||
Financiële baten per programma | ||||||
61219 | Opvang dak- en thuislozen | 0,0 | 0,0 | -43,2 | 43,2 | V |
61310 | Beschermd wonen GGZ | 0,0 | 0,0 | -673,9 | 673,9 | V |
61311 | Aanpak huiselijk geweld | 0,0 | -167,7 | -185,3 | 17,6 | V |
61220 | Verslavingsbeleid | -574,7 | -689,3 | -687,1 | 2,2 | N |
61217 | Bemoeizorg en regie | 0,0 | -69,4 | -85,9 | 16,5 | V |
61313 | Eigen bijdragen | -2.800,0 | -2.800,0 | -2.698,7 | 101,3 | N |
67044 | 6.81 Geëscaleerde zorg18+ Uitvkv | 0,0 | 0,0 | 0,0 | 0,0 | V |
-3.374,7 | -3.726,4 | -4.374,2 | 647,8 | V | ||
Saldo van lasten en baten | 79.026,3 | 80.227,3 | 69.907,8 | 10.319,5 | V | |
V=voordeel; N=nadeel |
Het taakveld geëscaleerde zorg 18+ (beleidsvelden Maatschappelijke opvang, Vrouwenopvang en Wmo beschermd wonen) sluit het jaar 2019 af met een positief resultaat van € 10,3 miljoen. Ten opzichte van de begroting is de afwijking 12,9%. De belangrijkste afwijkingen worden hieronder op onderdelen toegelicht:
- op de decentralisatietaak Wmo beschermd wonen is per saldo een voordeel gerealiseerd van
€ 10.013.000. Belangrijke oorzaken zijn:
- hogere Rijksuitkering beschermd wonen: met de septembercirculaire heeft het Rijk extra middelen toegekend voor de 'ambulante GGZ'. Deze extra middelen zijn in 2019 niet uitgenut.
- met name de uitgaven Zorg in Natura (intra- en extramurale zorg) voor beschermd wonen zijn significant lager dan gecontracteerd. Voor 2019 is een bedrag gecontracteerd van € 48,1 miljoen (32 zorgaanbieders). We verwachten dat er voor een bedrag van € 41,0 miljoen door zorgaanbieders wordt gedeclareerd. Het voordelige resultaat op de zorg in natura heeft voornamelijk te maken met de ingezette koers van 'transformatie' de afgelopen jaren. Enerzijds wordt door zorgaanbieders steeds vaker extramurale zorg ingezet dan de duurdere intramurale zorg, anderzijds zijn er door zorgaanbieders gedurende 2019 intramurale plaatsen afgebouwd. Dit is in lijn met de transformatiedoelstelling beschreven in het beleidsplan 'samen dichtbij'. In 2019 zijn er 57 intramurale plaatsen afgebouwd, die per 2020 niet meer worden gecontracteerd.
De uitgaven PGB liggen in lijn met de begroting. De daadwerkelijke ontvangsten van het CAK voor de eigen bijdragen van cliënten zijn lager dan begroot, dit levert een nadeel op van ca. € 160.000.
- Op de centrumfunctie (regionaal) Vrouwenopvang en huiselijk geweld zijn niet alle Rijksmiddelen ingezet; dit leidt per saldo tot een voordeel van € 218.000.
- Op de centrumfunctie (regionaal) Maatschappelijke opvang is per saldo een voordelig resultaat gerealiseerd van 39.000.
- Op het deelproduct 'noodopvang uitgeprocedeerden' is een nadelig resultaat gerealiseerd van € 20.000
Voorstel is om het resultaat op de onderdelen Wmo beschermd wonen en Vrouwenopvang/huiselijk geweld voor een bedrag van € 10.176.000 toe te voegen aan de bestemmingsreserve Wmo beschermd wonen. Toevoeging van niet ingezette regionale Rijksmiddelen (IU BW en DU VO) aan de daarvoor bestemde reserve ligt in lijn met de gemeentelijke en regionale afspraken.
De bestemmingsreserve BW/VO is bedoeld voor het opvangen van toekomstige risico's (objectief verdeelmodel BW, overgang van Wlz, contracteringsjaar 2020 vanwege nieuwe aanbesteding, regionale samenwerking) en het mede mogelijk maken van de meerjarige transformatiedoelstellingen BW.